De provincie Zuid-Holland wil Chemours een vergunning geven voor het uitstoten van een stof die schadelijk kan zijn voor de gezondheid en het milieu. Volgens milieudienst DCMR gaat het om zo'n geringe hoeveelheid, dat deze PFAS-variant "geen significante invloed" heeft op de luchtkwaliteit. DCMR ziet daarom geen juridische reden om de vergunning te weigeren.
Het chemiebedrijf uit Dordrecht zegt dat de stof trifluorazijnzuur (TFA) een "ongewenst bijproduct" is, dat ontstaat tijdens het productieproces in de fabriek. Chemours constateerde vorig jaar dat TFA in de uitstoot naar de lucht zit. Het bedrijf meldde dit bij DCMR en vroeg een vergunning aan om deze stof te mogen uitstoten. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) en de gemeenten Dordrecht, Molenlanden, Papendrecht en Sliedrecht gaven allemaal een negatief advies. Volgens hen was de aanvraag niet genoeg onderbouwd en moest Chemours die aanvullen.
In eerste instantie wilde het bedrijf 19,5 kilogram TFA per jaar mogen uitstoten, maar dat is nu bijgesteld naar ruim 10 kilo. De provincie wil daarvoor een vergunning verlenen, al kunnen partijen bezwaar maken. Volgens Zuid-Holland en DCMR voldoet de aanvraag aan alle wet- en regelgeving en hebben ze extra eisen gesteld om de al bestaande uitstoot van Chemours te minimaliseren.
Omwonenden zeggen "verbijsterd en verontwaardigd" te zijn. "Wij waren in de veronderstelling dat ook de provincie streefde naar 'nul uit de pijp'. Nu mag Chemours juist meer giftige stoffen uitstoten die eerder niet waren toegestaan", zegt de voorzitter van de stichting 'Stop PFAS, Stop Chemours'.
Chemours kreeg in 2023 een dwangsom, omdat het onvergund TFA in het water loosde. Het bedrijf vroeg ook daarvoor een vergunning aan.
Door: ANP